Je VCA certificaat haal je bij IVM.
Het Instituut voor veiligheid en milieu
Vaak hebben mensen het over “het VCA examen” of “het VCA certificaat”. Maar wist je dat er meerdere soorten VCA certificaten zijn? De twee hoofdsoorten zijn VCA VOL en VCA Basis. In dit artikel zetten we op een rij wat de verschillen tussen deze twee certificaten zijn, en welke voor jouw situatie het meest geschikt is.
VCA Basis (Basisveiligheid VCA) is bedoeld voor uitvoerende medewerkers die directe werkzaamheden verrichten op een project of werkplek. Het richt zich op individuen die werken onder leiding van een leidinggevende.
VCA VOL is gericht op personen met een leidinggevende rol. VOL staat voor 'Veiligheid voor Operationeel Leidinggevenden'. Dit certificaat is bedoeld voor mensen die verantwoordelijkheid dragen voor het veiligheidsbeleid binnen een team of organisatie, zoals projectleiders, uitvoerders, of supervisors.
Welk certificaat het beste bij jou past, hangt dus af van jouw functie en wat voor soort werkzaamheden je uitvoert. Veel ZZP’ers kiezen voor VCA VOL, ook als zij een uitvoerende rol hebben bij een project.
VCA Basis omvat basiskennis over veiligheid, gezondheid en milieu. Het legt de nadruk op persoonlijke veiligheidskennis en risicoherkenning op de werkplek.
VCA VOL omvat, naast de basisprincipes van veiligheid, extra modules over wetgeving, het creëren van een veiligheidscultuur, en specifieke verantwoordelijkheden van leidinggevenden voor het veilig uitvoeren van projecten en het aansturen van medewerkers.
Het SSVV is verantwoordelijk voor de inhoud van de examens, en zij hebben op hun website heel duidelijk staan over welke onderwerpen de examens gaan. Deze onderwerpen hebben zij samengevat in ‘toetstermen’.
Als je de toetstermen van VCA VOL en VCA Basis naast elkaar zet, zie je dat de inhoud grotendeel hetzelfde is, maar dat bij VCA VOL iets dieper wordt doorgevraagd.
Voorbeeld toetsterm gevaarlijke stoffen VCA Basis:
“De kandidaat kan in een gegeven situatie de maatregelen tegen (mogelijke) blootstelling aan of opname van gevaarlijke stoffen bepalen.”
Voorbeeld van dezelfde toetsterm gevaarlijke stoffen VCA VOL:
“De kandidaat kan in een gegeven situatie de maatregelen tegen (mogelijke) blootstelling aan of opname van gevaarlijke stoffen bepalen en prioriteren.”
Dus, als er gevaarlijke stoffen aanwezig zijn, moet iedereen op die locatie weten welke maatregelen ze moeten nemen om veilig te kunnen werken. Deze informatie leer je bij VCA Basis. Maar de operationeel leidinggevenden (met VCA VOL) moeten ook kunnen kiezen welke acties als eerst uitgevoerd moeten worden om iedereen veilig te houden. Mensen met VCA VOL moeten dus iets meer kennis hebben, omdat ze meer verantwoordelijkheid hebben.
Het verschil in kennis zie je ook terug in de verschillende examens. Bij het VCA Basis examen krijg je 40 vragen en bij het VCA VOL examen krijg je 70 vragen.
Omdat je bij het VCA VOL examen meer vragen krijgt, krijg je ook meer examentijd. Het VCA Basis examen duurt maximaal 60 minuten, het VCA VOL examen 75 minuten.
Op beide examens krijg je een mix van verschillende soorten vragen;
Voor beide examens geldt dat je bent geslaagd als je minimaal 64,5% van de punten hebt gehaald. Dit betekent dat je bij je VCA basis examen ongeveer 14 fouten mag hebben, en bij je VCA VOL examen 25 fouten.
De doelgroepen en examenstof verschillen, maar verder zijn VCA VOL en VCA basis hetzelfde. Beide certificaten zijn 10 jaar geldig en met beide certificaten toon je aan dat jij veilig kunt werken.
Voor medewerkers van uitzendbureaus is er het speciale VIL VCU certificaat, daarover lees je alles in dit artikel.